“Alle externen zijn ordinaire zakkenvullers” – hoe ga je om met die kritiek?
Wellicht herken je dit. Je loopt bij een Eindklant (opdrachtgever) rond, je doet je best om je werk voor elkaar te krijgen. Je ontvangt een goed uurtarief, iedereen blij en tevreden. Of toch niet? Je hebt altijd interne medewerkers die kritiek hebben op externen: ‘die externen hebben een veel te hoog tarief en ze doen niets behalve uren schrijven”. Of te wel “alle externen zijn ordinaire zakkenvullers”. Hoe ga je als freelancer om met deze kritiek?
De urenprikkel
Als freelancer word je ingehuurd door een eindklant (opdrachtgever). Dit is altijd het gevolg van een capaciteitstekort: de eindklant heeft niet de benodigde expertise in huis om een klus te klaren. Dat kan komen doordat het een project betreft waarvoor specifieke expertise benodigd is of een tijdelijke behoefte aan ‘handjes’
Als freelancer spreek je vooraf met de eindklant een uurtarief af dat je mag factureren en een aantal uur per week. Daarin zit inderdaad een perverse prikkel. Als freelancer heb je de prikkel om je contract maximaal uit te nutten: je krijgt immers betaald voor elk uur dat je werkt. Elk uur dat je extra werkt, is extra geld voor jou. Een vertraging in het project kan theoretisch leiden tot een contractverlenging, dus positief voor de freelancer.
Als freelancer ga je daar natuurlijk flexibel mee om gaan. Niet voor niets heb je gekozen voor het freelance bestaan: het levert je veel vrijheid op. In plaats van de 36u/week te werken, kun je eens een week 24uur werken en een andere week maak je 40 uur. “Getting the job done” is voor de meeste freelancers belangrijker dan het contract volledig uitnutten.
Ook consultants die van een bureau afkomstig zijn hebben met deze urenprikkel te maken, echter, zij hebben ook nog eens een werkgever om verantwoording aan af te leggen. De werkgever heeft er baat bij dat een consultant het contract maximaal uit gaat nutten, want dat is extra inkomsten voor het bedrijf. Een uur niet declarabel zijn zal uitgelegd moeten worden om te kunnen voldoen aan de voorwaarden van de eigen arbeidsovereenkomst. Een soms lastige spagaat.
Deze urenprikkel staat haaks op de prikkel van de eindklant: die wil dat de klus in zo’n kort mogelijke tijd wordt geklaard. Dat scheelt immers een boel kosten. Om te controleren dat je echt ‘waar’ voor je geld hebt geleverd, tekent de eindklant aan het einde van de maand je urenbriefje af.
Het tarief
Deze discussie is al talloze keren gevoerd, maar toch nog één keer op herhaling: het verschil tussen het loondienstverband en het freelancer-bestaan.
- Doorbetaling bij verlof of ziekte. Ben je in loondienst, dan krijg je doorbetaald terwijl je ziek bent of verlof hebt opgenomen. Dat is zo contractueel geregeld. Als freelancer krijg je alleen maar betaald voor de uren die je hebt gewerkt. Niet gewerkt door ziekte of vakantie? Geen geld.
- Doorbetaling bij ontslag bijv. door faillissement. Als je in loondienst ontslagen wordt, bijv. door faillissement van je werkgever, dan krijg je in de meeste gevallen, al dan niet gedeeltelijk, doorbetaald. Als freelancer heb je dat sociaal vangnet niet: gaat je opdrachtgever failliet, dan valt dat onder het ondernemersrisico.
- Doorbetaling bij arbeidsongeschiktheid. Als je in loondienst arbeidsongeschikt raakt, dan is ook daar een sociaal vangnet voor. Als freelancer ben je niet zondermeer verzekerd: indien je dat wenst ,moet je een arbeidsongeschiktheidsverzekering afsluiten.
- Vakantiegeld en/of 13e maand. In loondienst krijg je van je werkgever vakantiegeld uitbetaald. Vaak is dat 8% van het brutosalaris op jaarbasis. Als freelancer krijg je dat niet.
- Pensioen. In loondienst kun je vaak gebruik maken van een pensioenvoorziening van de werkgever. Dit geld wordt dan keurig apart gezet bij een pensioenverzekeraar, alles netjes geregeld. Als freelancer is het je eigen verantwoordelijkheid om een potje op te bouwen.
- Verzekering. Een werkgever verzorgt voor zijn interne medewerkers een verzekering, bijv. tegen bedrijfs- of beroepsaansprakelijkheid. Als freelancer dien je dat zelf te regelen.
- Secundaire arbeidsvoorwaarden. In loondienst ontvang je vaak secundaire arbeidsvoorwaarden, denk bijvoorbeeld aan een studiebudget, aandelen- of optieplannen, bonusregelingen, leaseauto of mobiliteitsvergoeding. Als freelancer wordt van jou verwacht dat je dat allemaal zelf regelt. Je tarief is all-in.
- Tertiaire arbeidsvoorwaarden. Heel soms zie je nog wel eens dat alleen interne medewerkers van de eigen parkeerplaats gebruik mogen maken, van de fitnessruimte, beroep kunnen doen op de stoelmasseur, een goede thuiswerkplek, etc. Als freelancer kun je daar vaak geen aanspraak op maken.
- Onzekerheidstoeslag. Als interne medewerker heb je vaak een contract voor onbepaalde tijd. Als freelancer niet. Je weet precies wanneer je contract afloopt en zal rekening moeten houden met een periode dat je ‘op de bank zit’ in afwachting van een nieuwe opdracht.
- Bemiddelingsfee. Hetgeen je eindklant voor jou betaalt, is niet altijd hetgeen dat jij daadwerkelijk op je bankrekening gestort krijgt. Een gedeelte van je uurtarief gaat naar de Preferred Supplier, Managed Service Provider en/of bemiddelaar.
Een interessant document om in geval van discussie eens te bekijken is de ‘Handleiding Overheidstarieven‘. Daarin worden, per salarisschaal, de werkelijke kosten weergegeven van een interne medewerker binnen de Rijksoverheid. Stel dat je als externe een schaal 12 functie vervult tegen een uurtarief van 100 euro per uur, 36 uur per week gedurende 46 weken. Dan komt dat overeen met 165.600 euro. Kijkend in de ‘Handleiding Overheidstarieven’, dan kost een interne schaal 12 per jaar 122.300. Een verschil van 43.300 euro waar de externe alles zelf van moet betalen. BTW is overigens niet van toepassing: de BTW die de externe in rekening brengt, vloeit weer terug naar de staatskas.
Conclusie
Het freelancer-schap vinden wij, bij Inhuurkaart, het mooiste wat er bestaat. Je vrijheid om zelf je opdrachtgevers te selecteren, je tijd in te delen en je uurtarief te bepalen. Maar als freelancer is het altijd vervelend om je vrijheid en uurtarief te moeten verdedigen, zeker tegenover de mensen met wie je moet samenwerken. Kom je in discussie, dan biedt dit blog je mogelijk houvast om je positie en uurtarief te beargumenteren. Conclusie: internen hebben het zo slecht nog niet!